Samen op weg naar een integrale gezondheidszorg

Faalangst? Dit gebeurt er in je hersenen!

11 februari 2016

Foto: Nicky Schuurman

Faalangst. Iedereen heeft er wel eens last van. Alleen al bij de gedachte aan het beginnen van een nieuwe opleiding, het maken van een examen of het geven van de presentaties tijdens de lessen bekruipen je de zenuwen. Je hartslag gaat omhoog, je krijgt klamme handen en je begint te denken ‘wat als ik het niet haal’. Door de negatieve verwachtingen over de uitkomst lijk je te verlammen en heb je geen toegang tot de informatie die je daarvoor netjes hebt opgeslagen.

Dit is natuurlijk extra vervelend als je een pittige opleiding volgt of wilt gaan volgen zoals Medische Basiskennis of Psychosociale Basiskennis. Om jullie zo goed mogelijk te helpen, besteden we op ons blog extra aandacht aan faalangst.

Bewustzijn en automatismen
We kunnen over onszelf nadenken en reflecteren. Je zou dus zeggen dat we ook controle hebben op onze emoties. Dat is niet altijd het geval. Een groot gedeelte van onze mentale processen verloopt namelijk automatisch en onbewust. De gedachten (ik kan het niet) die volgen na een emotie (paniek voor het examen) zijn het product van de ervaringen (falen) die we in de loop van ons leven hebben opgedaan.

De houding die je bijvoorbeeld aanneemt in een bepaalde situatie gaat vaak onbewust. Tijdens een lesdag van Con Amore zal je je anders gedragen en op een andere toon praten dan wanneer je thuis bent met je tweejarige kind of geliefde. Deze houding wordt beïnvloed door het zien van de lesruimte, de docent en je collega-studenten zonder dat je het doorhebt. Het zien van een examenzaal kan dus onbewust geassocieerd worden met falen, ook als we ons goed hebben voorbereid en prettig voelen. De strakke en kale inrichting van de examenzaal kan onbewust herinneren aan die ene keer dat je herexamen moest doen op de middelbare school.

De functie van angst
Angst is geen zinloze emotie maar heeft uiteraard een functie. Toen we nog in onze blote kont door de jungle liepen en moesten zien te overleven was het noodzakelijk om over zeer snelle reflexen te beschikken – enkele seconden betekenden het verschil tussen leven en dood. Hierdoor is een groot deel van angst geautomatiseerd. Bij angst worden mentale en lichamelijke processen in werking gezet zonder dat je er zelf bewust van bent.

Stel je voor dat je tijdens een vakantie in Birma door het bos loopt en vanuit je ooghoek een slang ziet. Je zou denken dat het zien van de slang er eerst voor zorgt dat je bang wordt, waardoor je hartslag vervolgens omhoog gaat. Dit lijkt voor de hand te liggen, maar een van de grondleggers van de psychologie William James [1], stelde dat een emotie als angst juist het gevolg is van een lichamelijke reactie. In andere woorden, je ziet de slang (perceptie) waardoor je hart sneller gaat kloppen (lichamelijke reactie), en de onbewuste interpretatie van je verhoogde hartslag wordt vertaald als ‘ik ben bang’. De lichamelijke reactie komt dus voor de emotie. Hij redeneerde dat als er geen lichamelijke reactie zou zijn op het zien van de slang, het een pure rationele beslissing zou zijn om bijvoorbeeld weg te rennen – er zou geen emotie aan te pas komen.

Emoties in context: type en intensiteit
De Amerikaanse psycholoog Stanley Schachter [2] stelde vervolgens dat een emotie ontstaat door de bewustwording van lichamelijke activiteit in combinatie met de interpretatie van een situatie. Hij stelde dat de context het type emotie activeert en de daarop volgende lichamelijke reactie de intensiteit van de emotie bepaalt. Het zou dus bijvoorbeeld kunnen dat veel mensen een beetje zenuwachtig zijn voor het maken van een examen, maar er nauwelijks last van hebben omdat de mate van intensiteit laag is. Mensen met faalangst ervaren feitelijk dezelfde emotie, maar worden overrompeld door de intensiteit waardoor zenuwen omslaan in paniek.

Emoties in de hersenen
Nu we een beeld hebben van de interactie tussen wat we denken, lichamelijke activiteit en wat we voelen, is de volgende stap stilstaan bij hoe emoties worden verwerkt in de hersenen.

hersenen-lymbisch-systeem-5

 HET LIMBISCH SYSTEEM

De snelle route, actie!

Een van de meest belangrijke gebieden in de hersenen die betrokken is bij angst en emoties in het algemeen, is de amygdala, een klein amandelvormige kern (amygdala betekent amandel in Latijn). De amygdala speelt een prominente rol bij het vaststellen van de emotionele waarde van objecten [3] (zoals bijvoorbeeld het zien van een slang) en is een belangrijke schakel in het voelen van angst. Het activeert een lichamelijke reactie, soms zelfs voordat je er bewust van bent. Dit wordt ook wel de snelle route genoemd. Het zien van mogelijk gevaar zoals een slang, zelfs vanuit je ooghoek, zorgt onmiddellijk voor een lichamelijke respons. Je hart gaat sneller kloppen, je aandacht gaat naar je zintuigen en je spieren spannen zich aan. Kortom, het systeem bereidt zich voor op actie – het zogenaamde vecht/vlucht systeem.

De amygdala is gelokaliseerd aan het einde van het limbisch systeem dat verantwoordelijk is voor ons denken en doen: emoties, motivatie, geheugen, en gedrag – het wordt grotendeels hier geregeld. Het is dan ook geen toeval dat deze processen nauw met elkaar verwant zijn. Als je een sterke emotie voelt zoals angst, zal je een situatie veel beter onthouden en ben je gemotiveerd om een dergelijke situatie in de toekomst te vermijden.

Zo is de Cortex cingularis anterior betrokken bij het koppelen van het effect van ons gedrag aan motivatie. Het is een soort feedback systeem waardoor we leren welk gedrag wenselijk is in de toekomst [4]. In het geval van de slang was de keuze om zonder gids het bos in te trekken een slechte! De hippocampus is betrokken bij het omzetten van korte termijn geheugen naar lange termijn geheugen en met name in het vastleggen van ruimtelijke informatie in het geheugen [5]. De hippocampus legt dus vast op welke plek je was toen je de slang zag en hoe de omgeving eruit zag.

De langzame route, reflectie
Het kan blijken dat de slang bij nader inzien gewoon een stuk hout is wat verdekt tussen de bladeren ligt. Dit besef is iets langzamer, omdat het via de tragere corticale route loopt. De visuele input gaat naar de visuele cortex waarna er betekenis aan wordt gegeven. De vorm en kleur van het object wordt bewust waargenomen. De emotionele stimulus (in dit geval de slang), wordt gereguleerd door de mediale prefrontale cortex. Dit is een gebied boven de oogkas dat nauw verbonden is met de amygdala, en een belangrijke rol speelt bij betekenisgeving en regulatie van emotionele situaties [6]. Het angstige gevoel dat je bekruipt wanneer je een examenzaal inloopt wordt hier voorzien van een bewuste interpretatie.

Het is ook betrokken bij het reguleren van emoties, door bewust een andere interpretatie aan een situatie te geven. In plaats van de gedachte ‘ik ga het nooit halen’, kan je ook denken ‘het is alleen gezonde spanning wat ik voel’ of ‘ik ben goed voorbereid, ik ga het zeker halen’.

Angst is voor een groot deel een automatisch proces. Vroeger had het een essentiële functie om te overleven in gevaarlijke situaties. We moesten snel handelen en hoefden er niet bij stil te staan of het wel of niet functioneel is. De intensiteit van de emotie stond in direct verband met het gevaar; je hart ging sneller kloppen en je ademhaling ging omhoog omdat je uit volle kracht moest rennen. Dit is ook de reden dat we er zelf soms geen controle over lijken te hebben, omdat de lichamelijke reactie te heftig is om het ‘manueel’ te stoppen. Maar het begrijpen van processen en met name hoe je lichaam reageert op angst wat het paniekerige gevoel geeft, is een eerste stap. Je kan in eerste instantie misschien weinig tegen de lichamelijke respons doen, maar wel hoe je daar vervolgens mee omgaat.

 

Bronnen
[1]James, W. (1890). The Principles of Psychology, in two volumes. New York: Henry Holt and Company
[2] Schachter, S., & Singer, J. E. (1962). Cognitive, Social, and Physiological Determinants of Emotional State. Psychological Review, 378-399
[3] Phelps, E. A. (2006). Emotion and cognition: insights from studies of the human amygdala. Annual Review of Psychology, 57, 27-53.
[4] Holroyd, C. B., Nieuwenhuis, S., Yeung, N., Nystrom, L., Mars, R. B., Coles, M. G., &
Cohen, J. D. (2004). Dorsal anterior cingulate cortex shows fMRI response to internal and external error signals. Nature Neuroscience, 7(5), 497-498
[5] Bliss, T. V., & Collingridge, G. L. (1993). A synaptic model of memory: long-term potentiation in the hippocampus. Nature, 361(6407), 31-39.
[6] Goldin, P. R., McRae, K., Ramel, W., & Gross, J. J. (2008). The neural bases of emotion regulation: reappraisal and suppression of negative emotion.Biological psychiatry, 63(6), 577-586.

 

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief